Voor wie NIET?

De vereiste van vakbekwaamheid is niet van toepassing op bestuurders :

  1. van voertuigen met een toegelaten maximumsnelheid van ten hoogste 45 km per uur;
  2. van  voertuigen in gebruik bij of onder controle van strijdkrachten, de burgerbescherming, de brandweer en diensten verantwoordelijk voor de handhaving van de openbare orde en medische noodvervoersdiensten, voor zover het vervoer voortvloeit uit de opdrachten waarmee die diensten zijn belast;
  3. van voertuigen die op de weg getest worden ivm technische verbeteringen, reparatie of onderhoud en nieuwe of omgebouwde voertuigen die nog niet in het verkeer zijn gebracht;
    3.1. Van voertuigen waarvoor een rijbewijs van categorie D of D1 vereist is en die worden bestuurd zonder passagiers door onderhoudspersoneel naar of van een onderhoudscentrum dat zich bevindt in de omgeving van de dichtstbijzijnde onderhoudsbasis die wordt gebruikt door de vervoerder, mits het rijden met het voertuig niet de voornaamste activiteit van de bestuurder is;
  4. van voertuigen die worden gebruikt bij noodtoestanden of reddingsoperaties, reddingsoperaties, met inbegrip van voertuigen die worden gebruik voor niet-commercieel vervoer van humanitaire hulp;
  5. van voertuigen die worden gebruikt voor niet-commercieel goederen- en personenvervoer voor privé-doeleinden;
  6. van voertuigen of combinaties van voertuigen die worden gebruikt voor het vervoer van materiaal, apparatuur of machines die de bestuurder voor zijn werk nodig heeft en op voorwaarde dat dit vervoer niet de voornaamste activiteit van de bestuurder is;
  7. van voertuigen die door landbouw-, tuinbouw-, bosbouw-, veeteelt- of visserijbedrijven worden gebruikt voor het vervoer van goederen in het kader van hun eigen bedrijvigheid, behalve als het besturen van het voertuig deel uitmaakt van de voornaamste activiteit van de bestuurder of het rijden over een grotere afstand geschiedt dan 100 km vanaf de basis van de onderneming die het voertuig bezit, huurt of leaset.

7° BINNEN HET VLAAMSE GEWEST
van voertuigen die landbouw-, tuinbouw-, bosbouw-, veeteelt- of visserijbedrijven gebruiken om goederen te vervoeren in het kader van hun eigen bedrijvigheid, behalve als het besturen van het voertuig deel uitmaakt van de voornaamste activiteit van de bestuurder of als ze verder rijden dan 5 kilometer vanaf de basis van de onderneming die het voertuig bezit, huurt of leaset.